Skip to main content
Click to open menu
Click to close menu
Begin main content
Tomaten
Insecticiden

Zo haal je het beste uit Verimark® insecticide

Het eerste volledige jaar na de toelating van Verimark® zit erop. Wat hebben we geleerd om de kwaliteiten van het insecticide optimaal te benutten? En zeker zo belangrijk: hoe zorgen we ervoor dat we dit middel ook de komende jaren effectief kunnen blijven inzetten?

Na de toelating van Verimark® vorig jaar blikken we met Nico Harteveld, technisch specialist bij FMC, terug op ervaringen met Verimark® in het afgelopen teeltjaar. “Verimark® heeft zijn meerwaarde volop bewezen in IPM-systemen in de bedekte teelten van paprika, komkommer, aubergine, tomaat en aardbei. Het middel heeft een brede en lange duurwerking tegen trips, witte vlieg, katoenluis, groene perzikluis, rupsen, mineervliegen en mineermotten. Door de bestrijding van tabaks witte vlieg, trips en katoenluis heeft het bijgedragen aan het onder controle krijgen van virussen zoals tomatenbronsvlekkenvirus in paprika, ToCV virus in tomaat en CABYV virus in komkommer”

Nico Harteveld, technisch specialist bij FMC
Nico harteveld, technisch specialist bij fmc

Zet Verimark® in bij eerste aantasting

“Het beste resultaat haal je door op tijd met Verimark® te beginnen: inzetten bij de eerste aantasting. Zo voorkom je populatieopbouw van schadelijke insecten. Tegelijkertijd krijgen natuurlijke vijanden, zoals Orius in paprika en Macrolophus in tomaat en aubergine de ruimte om zich te ontwikkelen. Je hoeft minder bij te zetten om toch een goede bescherming te hebben.”

Vroeg beginnen: langer beschermd

“Als je begin maart tegen trips en luis rond het orius inzetmoment begint, blijft de werkzame stof lang in het blad aanwezig. Proeven tonen aan dat het langer duurt voordat luizen terugkeren. Zo heb je met een vroege toepassing een extra lange bescherming. Daarna zijn de natuurlijke bestrijders voldoende krachtig om de bescherming over te nemen. De tweede bloktoepassing kun je dan de tweede helft van de teelt inzetten als het biologisch evenwicht uit balans begint te raken.”

Toepassingsmomenten

Als richtlijn geldt dat je bij de eerste schade start met de eerste bloktoepassing.

Toepassingsmomenten Verimark® insecticide

Verimark® in het kort

  • Breed werkingsspectrum
  • Systemische werking
  • Snelle aanvangswerking
  • Lange werkingsduur
  • Veilig voor natuurlijke vijanden

Aandachtspunten bij toepassing van Verimark®

1. Zorg voor goede verdeling

Een aandachtspunt is dat alle planten in voldoende mate de werkzame stof opnemen. Herinfecties en aantastingen zien we met name terug rond de paden aan het einde van het kraanvak, bij de laatste druppelaars. Je kunt met rood ijzer checken of overal voldoende middel komt. Of je kunt laten onderzoeken of er actieve stof in een bladmonster zit.

2. In actief gewas toepassen en drain voorkomen

Een goede opname van de werkzame stof door de planten bereik je door Verimark® toe te passen in een actief gewas. Harteveld adviseert een dag van tevoren wat in te teren en het insecticide vroeg op de dag in een actieve plant te druppelen. Voorkom drain tijdens maar ook na de toepassing waardoor alle werkzame stof door de plant opgenomen wordt. Dit komt de effectiviteit en duurwerking ten goede

3. Bloktoepassing om resistentie te voorkomen

Een belangrijk onderdeel in het resistentiemanagement van Verimark® is de bloktoepassing. Dit houdt in: twee toepassingen met een interval van een week. Dit zorgt voor een sterke uitdunning van de schadelijke populatie en voor een lange duurwerking. Na een periode van minimaal 60 dagen (=meerdere generaties plaaginsecten) kan een tweede blokbehandeling van opnieuw twee toepassingen volgen. Verimark® is een van de weinige beschikbare middelen voor een geïntegreerde aanpak met biologische bestrijders en die geen resistentie laat zien tegen luis. Laten we daar zuinig op zijn.